
Mary Lilian Henriette Lucie Josephine Ghislaine Baels (28 november 1916 - 7 juni 2002) was de tweede echtgenote van de Belgische koning Leopold III, ze kreeg de titel prinses van Retie.
Lilian werd op 28 november 1916 geboren in Londen, waar haar ouders naartoe waren gevlucht. Ze was het zesde kind van Hendrik Baels, een ambitieuze Oostendenaar die het tot minister en in 1933 tot gouverneur van West-Vlaanderen bracht, en Anne Devisscher, notaris- en burgemeesters-dochter uit het West-Vlaamse Dentergem.
Leopold is nog maar 34 als in 1935 zijn vrouw, de immens populaire koningin Astrid (30) bij een auto-ongeval omkomt. Hij bleef alleen achter met drie kinderen: Josephine-Charlotte, Boudewijn en Albert. In januari 1941 liet koningin Elisabeth Lilian met haar eigen auto ophalen in Frankrijk. De eigenlijke reden was anders: Elisabeth wilde haar zoon "afleiding" bezorgen. Sinds het begin van de oorlog had die een psychische inzinking.
Elisabeth was tevreden, maar kort daarop consta-teerde ze "dat de remedie zeer zacht was en dat de patiënt maar moeilijk een eind kon maken aan de behandeling". Leopold had bij de capitulatie gezegd dat hij een krijgsgevangene zou zijn zoals zijn soldaten en hun lot wilde delen. Hij wou uiteraard zijn ontmoetingen met Lilian in zijn villa in Knokke geheim houden.
Lilian werd op 28 november 1916 geboren in Londen, waar haar ouders naartoe waren gevlucht. Ze was het zesde kind van Hendrik Baels, een ambitieuze Oostendenaar die het tot minister en in 1933 tot gouverneur van West-Vlaanderen bracht, en Anne Devisscher, notaris- en burgemeesters-dochter uit het West-Vlaamse Dentergem.
Leopold is nog maar 34 als in 1935 zijn vrouw, de immens populaire koningin Astrid (30) bij een auto-ongeval omkomt. Hij bleef alleen achter met drie kinderen: Josephine-Charlotte, Boudewijn en Albert. In januari 1941 liet koningin Elisabeth Lilian met haar eigen auto ophalen in Frankrijk. De eigenlijke reden was anders: Elisabeth wilde haar zoon "afleiding" bezorgen. Sinds het begin van de oorlog had die een psychische inzinking.
Elisabeth was tevreden, maar kort daarop consta-teerde ze "dat de remedie zeer zacht was en dat de patiënt maar moeilijk een eind kon maken aan de behandeling". Leopold had bij de capitulatie gezegd dat hij een krijgsgevangene zou zijn zoals zijn soldaten en hun lot wilde delen. Hij wou uiteraard zijn ontmoetingen met Lilian in zijn villa in Knokke geheim houden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten